Slaap - Oplossingen op korte termijn

1. RITUEEL

Ons lichaam is een levend organisme.

Als we het dwingen om te gaan slapen op een vaste tijd, dan zal het zich dit herinneren.

Na een paar dagen zal ons lichaam automatisch slaap krijgen als die tijd dichterbij komt. Neem het beeld van een trein. De nachttrein komt het station binnen op een exacte tijd. Als we op die tijd niet klaarstaan op het perron met onze bagage, dan moeten we waarschijnlijk wachten tot de volgende ochtend om een nieuwe aansluiting te hebben.

Onze slaapkamer is een ‘verzamelplek’ geworden.

Vaak nemen we ons privé- en werkleven mee in onze slaapkamer, soms zelfs zonder overgang of loskoppeling. Het komt zelfs voor dat we over het werk praten op ons hoofdkussen. We eten in onze slaapkamer, we gebruiken er onze tablet. We zitten ineengezakt voor een serie. We nemen niet de tijd om de emmer te ledigen en de slaap te ontvangen.

Oefening 1 – De nachttrein

Tijdens onze kindertijd hebben we een slaapritueel opgebouwd dat we in de loop van de jaren zijn vergeten.

Laten we proberen om dat slaapritueel opnieuw in te voeren op volwassen leeftijd. Voor elke stap vraag je jezelf af: “Heb ik deze gewoonten al geïntegreerd in mijn routine?”.

Het kind komt uit school. Het trekt zijn jas en schoenen uit en zet zijn boekentas op de vaste plek.

Het kind kan zijn verhaal vertellen. Het eet, speelt met zijn speelgoed en maakt plezier.

Het kind gaat in bad, trekt zijn kleren uit en doet zijn pyjama aan.

Het kind eet een evenwichtige maaltijd 1,5 uur voordat het gaat slapen. Tijdens het eten wordt verteld over de voorbije dag.

Het kind ontspant zich nog enkele minuten, zodat het zijn maaltijd kan verteren.

Het kind controleert of zijn boekentas en kleren klaarliggen voor de volgende dag.

Het kind gaat op een vast tijdstip naar bed. Het krijgt een verhaaltje, waardoor het zijn gedachten kan verzetten, in gedachten kan reizen.

Het kind wordt ingestopt en gewiegd door de woorden van zijn ouders. De laatste zorgen voor de nacht verdwijnen.

THUISKOMEN – Een DUIDELIJKE scheiding tussen privé- en werkleven (pantoffels aantrekken, omkleden). Wat doe ik:

ONDERSTEUNING – Gesprek over de belevenissen van de dag, de ervaringen (minstens 5 min.) met de partner, een vriend, ouder, collega… Wat doe ik:

ONTSPANNING – Tijd voor jezelf die je innerlijk of uiterlijk verkwikt. Wat doe ik:

HUISHOUDELIJKE TAKEN – Tijd voor anderen, voor het gezin. Wat doe ik:

EVENWICHTIGE MAALTIJD OP VAST TIJDSTIP – Tijd met het gezin, om te praten, om na te denken. Wat doe ik:

RUSTMOMENT – Tijd voor activiteiten die PLEZIER verschaffen. Wat doe ik:

BADRITUEEL – Tijd om je lichaam te verzorgen. Wat doe ik:

VOORBEREIDING VAN GAAN SLAPEN – Voorbereiding van de volgende dag en de spullen voor de volgende dag. Wat doe ik:

GAAN SLAPEN – 4 TIPS (ontspannen, ademen, doos, toevluchtsoord). Wat doe ik:

2. SLAAPGIDS

Oefening 2 – Slaapgids

Lees de 10 adviezen.

Kies 3 adviezen die je regelmatig kan toepassen.
Kies 3 adviezen die je heel snel kan implementeren.

Slaap / Oplossingen op middellange termijn